Organisatie
Toevertrouwen van taken:
Het beleidsbepalende orgaan van de kerk is de (grote) kerkenraad. Dit is de vergadering waarin alle ambtsdragers (predikant, scriba, voorzitter(s), pastorale ouderlingen, jeugdouderlingen, diakenen, ouderling-kerkrentmeesters *) zijn vertegenwoordigd en waar over de beleidszaken besluiten worden genomen. Deze kerkenraad komt minstens 4x per jaar bij elkaar.
De kerkenraad vertrouwt een deel van zijn taak toe aan de kleine kerkenraad en aan commissies onder behoud van zijn uiteindelijke verantwoordelijkheid (De verantwoor-delijkheden van de kerkenraad zijn kerkordelijk vastgelegd).
De grote kerkenraad:
-
stelt de commissies in, benoemt de leden,
-
geeft hun een instructie en
-
toetst hun werk aan het beleidsplan
De commissies:
-
“Pastoraat”: bestaat uit een aantal wijkteams; de teams werken ten behoeve van een bepaalde groep gemeenteleden voor pastorale en diaconale zorg volgens een verdeling in sectoren;
-
Eredienst (Dreamteam, Jeugd en Gezin, Praisedienstcommissie), de commissie Zending/Evangelisatie/Missionaire Arbeid (ZEM) en de commissie Jeugdwerk en Vorming & Toerusting, dragen een specifieke verantwoordelijkheid voor een taak van de gemeente. Deze commissies kunnen zijn bezet door zowel ambtsdragers als gemeenteleden.
De “kleine kerkenraad” en de commissies zijn gebonden aan het beleid dat door de (grote) kerkenraad als geheel is vastgesteld. Maar binnen dat kader hebben zij ruimte om aan dit beleid zelf nadere invulling te geven. De brede kerkenraad vergadert -zoals gezegd- in de regel vier maal per jaar en de kleine kerkenraad iedere maand, met uitzondering van de zomermaanden.
* kerkrentmeester:
Er zijn ouderling-kerkrentmeesters en kerkrentmeesters. Kerkrentmeesters zijn geen ambtsdrager maar hebben binnen het college van kerkrentmeesters wel dezelfde inbreng/bevoegdheden als de ouderling-kerkrentmeesters.